Clean Air Nederland (CAN) wint hiermee de zaak tegen de Nederlandse staat, die in 2016 werd aangespannen. De staat was na een hoger beroep in cassatie gegaan bij de Hoge Raad, de hoogste rechter van Nederland.
Sinds de invoering van het rookverbod in de horeca in 2008 waren rookruimtes de enige plekken waar rokers binnen een horecagelegenheid een sigaret konden opsteken.
Volgens CAN staat dit uitzonderingsbeleid haaks op een overeenkomst van de mondiale gezondheidsorganisatie WHO voor het bestrijden van tabaksgebruik, een kaderverdrag waar Nederland zijn handtekening onder heeft gezet. Hier heeft de organisatie nu gelijk in gekregen.
De uitspraak gaat in tegen de plannen van het kabinet. De bedoeling was om het verbod op rookruimtes vanaf juli 2022 in te voeren volgens het preventieakkoord van staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid). Hierdoor zouden horecagelegenheden langer de tijd hebben om te denken over een geschikte oplossing.
Stoppen we wel echt met roken?
‘Een klap in het gezicht voor horecaondernemers’
Koninklijke Horeca Nederland (KHN) noemt de uitspraak een “klap in het gezicht voor horecaondernemers”. Volgens de brancheorganisatie gaat de uitspraak horecaondernemers veel geld kosten omdat ze verplicht worden hun zaak te verbouwen.
KHN roept de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op om niet “als een dolle” te handhaven, maar eerst in gesprek te gaan met de horeca. De NVWA laat in een reactie aan NU.nl weten op dit moment de uitspraak te bestuderen. De toezichthouder kan dus nog geen uitspraken doen over de handhaving van het verbod.